Downsyndroom
Kinderen met het syndroom van Down ontwikkelen zich anders dan andere kinderen. Zo beginnen kinderen met downsyndroom later met praten dan normaal ontwikkelende kinderen en is er een groot verschil tussen het begrijpen van taal en het gebruiken van taal. Ook zijn kinderen met downsydroom in de anatomie anders dan normaal ontwikkelende kinderen, wat van invloed is op het bewegen en functioneren. Bij kinderen met het syndroom van Down komen vaker dan bij normale kinderen lichamelijke en medische afwijkingen voor, zoals hartafwijkingen en orthopedische afwijkingen.
De logopedische diagnostiek en behandeling vereisen een specifieke benadering, waarbij kennis van het syndroom en de invloeden op het functioneren belangrijk is. Daarnaast is het een voordeel om als therapeut kennis te hebben van ontwikkelingsstoornissen als autisme en ADHD.
Binnen de logopedische behandeling van kinderen met downsyndroom hoort bijzondere aandacht te zijn voor:
- de primaire mondfuncties
- mondverkenning
- de taalontwikkeling
- de verstaanbaarheid
- ondersteunende communicatie
- de sensorische informatieverwerking
- het stimuleren en onderhouden van de ontwikkeling
Daarnaast is het samenwerken met ouders, andere disciplines en instanties noodzakelijk om een goede begeleiding te kunnen bieden.
Binnen de VBVC (een kwaliteitskring voor preverbale logopedisten) is een handreiking ontwikkeld voor de logopedische begeleiding bij kinderen met Downsyndroom. De richtlijn is in 2014 herzien en bijgewerkt. U kunt de richtlijn hier bekijken(in PDF): Handreiking Downsyndroom